Met ingang van 1 januari 2024 wordt het wettelijk minimumuurloon geïntroduceerd als de formele maatstaf voor het brutominimumloon per uur. Hiermee komt een einde aan de vastgestelde minimummaand-, week- en daglonen.
Vanaf 1 januari 2024 schrijft de wet voor dat werkgevers verplicht zijn om hun werknemers per uur minstens het voorgeschreven minimumuurloon te betalen. Dit uniforme minimumuurloon is van toepassing op alle werknemers van 21 jaar en ouder. Voor werknemers jonger dan 21 jaar blijven de vastgestelde minimumjeugdlonen per uur geldig, afgeleid van het wettelijk minimumuurloon zoals dat in 2023 was.
Met een indexering van 3,75% vanaf 1 januari 2024 ondergaat het wettelijk minimumloon een aanpassing, waardoor het wettelijk minimumuurloon op die datum wordt vastgesteld.
Tabel: minimumloon per uur naar leeftijd (brutobedragen per 1 januari 2024).
Hoewel er in de Europese Unie een richtlijn voor toereikende minimumlonen bestaat, wordt er geen wettelijk minimumloon op EU-niveau ingevoerd. Het bepalen van het minimumloon blijft onder de nationale bevoegdheid vallen.
Nieuw pensioenstelsel
De implementatie van de nieuwe pensioenwet verloopt gefaseerd. De nieuwe voorschriften zijn van kracht sinds 1 juli 2023. Het basisprincipe van deze wet blijft ongewijzigd: we delen de financiële risico’s en bouwen gezamenlijk ons pensioen op. Toch is het stelsel aangepast om beter aan te sluiten op de hedendaagse arbeidsmarkt.
Vanaf 1 januari 2024 verandert het volgende:
Momenteel is de minimale opnameleeftijd 21 jaar. Per 1 januari 2024 wordt de minimale opnameleeftijd verlaagd naar 18 jaar. Dat betekent dat iedere werknemer van 18 jaar of ouder deelnemer wordt in de pensioenregeling.